- Home
- Presentaties
-
Verslagen
-
Verslagen overzicht
>
- 28. SDG's zetten gemeenten in beweging!
- 27. Money makes the world go green!
- 26. Duurzame Mobiliteit
- 25. Meat the Food Revolution
- 24. Wrap it Up! Duurzame verpakkingen
- 23. Van niche naar mainstream: Fair Fashion
- 22. Innovatie Van Valley of Death naar groot succes
- 21. Communicatie van duurzaamheid
- 20. Haalbare duurzame innovatie bij het MKB: Het wiel herpositioneren
- 19. Een nieuwe Beschaving?
- 18. Elektrisch vervoer in de stad
- 17. De (on)mogelijkheden van financiering van duurzame initatieven
- 16. De vechtmarkt die textielrecycling heet
- 15. Van niche naar Mainstream
- 13. Duurzaam wonen
- 12. Consumenteninzichten
- 11. duurzame voedselketens
- 10. Biologisch afbreekbaar plastic. De strijd voor minder soep.
- 9. Waar gaat de wereld heen
- 8. Alliander en duurzame energievoorziening
- 7. An ecobusiness is just like any other business or is it not?
- 6. Elektrische mobiliteit: een hype of de toekomst
- 5. over licht moet je niet lullen dat moet je zien
- 4. T-Mobile Nederland geeft primeur over MVO-beleid
- 3. Eerlijke prijs voor onze koffie
- 2. Redbeans 1e klimaatneutrale koffie
-
Verslagen overzicht
>
- Contact
26: Duurzame MobiliteitStilstaande auto’s, overdekte fietspaden en pakketvervoer met drones Je auto delen met je buurt? Een elektriciteitspaal naast je huis? Zelfladende bus? Of misschien gewoon een dagje meer thuis werken? Wat is eigenlijk duurzaam als het om mobiliteit gaat? En hoe ziet de toekomst van onze mobiliteit eruit? 29 juni kwamen verschillende professionals, werkzaam rond duurzame mobiliteit en duurzaam gedrag, bij elkaar. Drie sprekers, Marcel Vos (MVO Mobility Consult), Karin Blaauw (Natuur & Milieu) en Sibolt Mulder (Motivaction), gaven een beeld van de toekomst van ons vervoer. Marcel Vos (Mobility Consult): Nieuwe vormen van mobiliteit die radicale verandering mogelijk maken Marcel Vos heeft jarenlange ervaring in het adviseren rond duurzame mobiliteit. Hij laat ons zien dat er genoeg maatregelen en aanpassingen aan ons reguliere vervoer zijn. Maar één ding is zeker: om tot radicale veranderingen te komen, zijn er nieuwe vormen van mobiliteit nodig. Natuurlijk is leidend dat vervoer voldoet aan de wensen van de (bedoelde) gebruikers. Marcel Vos start daarom bij de gebruiker. De vraag ‘Wat is de ultieme manier van vervoer als je het voor het kiezen had?’ stelde hij aan automobilisten en OV-reizigers. Eigenlijk niet verassend, lagen hun antwoorden dicht bij elkaar: ‘Van A naar B komen zonder gedoe zoals parkeren, bezit van een auto, overstappen of wachten.’ Dat zou een auto met een privéchauffeur zijn. Duur en niet haalbaar. Wel zijn er nu al talloze initiatieven die iets doen wat al bij die wens in de buurt komt. Denk aan het delen van je auto met mensen in de buurt, waardoor de last van bezit wordt verminderd. Toch zijn de oude manieren van vervoer nog leidend. Neem een taxi in de traditionele vorm. Dat is duur, onder andere vanwege de kosten van de chauffeur. Een oplossing hiervoor wordt geboden door Uber. Zulke initiatieven zorgen dat autobezit wordt teruggedrongen. En hoe zou dat eruit zien? Een stad zonder (of veel minder) auto’s. Geen ruimtebeslag, zichtvervuiling, uitstoot, geluidsoverlast. Als daar draagvlak voor komt, zullen we snel overgaan op alternatieve manieren van vervoer. Bijvoorbeeld ‘smart’ fietsen die je met een pas kan gebruiken. Andere landen laten vele voorbeelden zien van hoe het ook kan. Zo is er een gehele stad gebouwd met autonoom rijdende auto’s. Om zoiets te doen in een bestaande infrastructuur is natuurlijk een ander verhaal. Maar men zou wel meer kunnen anticiperen op de toekomst als het om mobiliteit en infrastructuur gaat. Zo richten wij ons OV-systeem nog geheel in volgens een oud denkpatroon. OV voor lange afstanden, zoals de trein, is efficiënt. Maar voor binnenstedelijk OV geldt dat ruimte veel efficiënter kan worden gebruikt en individueler kan worden afgestemd. Bijvoorbeeld: recent is Nederland de Uithoftram rijker. Dat kost iedere Utrechter 800 euro. Er is geen uitstoot. Maar het kost veel ruimte, tijd en geld. En dat terwijl fietsen vaak sneller is (en gezonder). Met minder geld zouden er zelfs overdekte fietspaden kunnen worden gebouwd. Elektrische fietsen bieden weer een oplossing voor langere afstanden. Kortom: als het om efficiëntie, ruimtegebruik, tijd en geld gaat, heeft het binnenstedelijk OV weinig toekomst. Auto’s? Daar zit ook weinig toekomst in. In ieder geval niet op de manier waarop we die nu inzetten. In London, Duitsland en Italië hebben ze deze beweging al ingezet door in bepaalde gebieden oude belastende auto’s te verbieden. In Nederland kunnen we nog veel doen en staan we voor een grote uitdaging. Technieken zijn er al volop. Het gaat ook om de gewoonte doorbreken. Karin Blaauw (Natuur & Milieu): Onze auto’s staan 95% van de tijd stil! Karin begint met een aantal feiten waarover we ons kunnen verwonderen. Steden die vol staan met auto’s die 5% van de tijd rijden. Zoveel werknemers verplaatsen zich geheel gesubsidieerd door hun baas met de auto, terwijl de mensen die kiezen voor de fiets dat zelf moeten betalen. Met de trein naar Parijs is duurder dan met het vliegtuig naar Rome. We belasten bezit in plaats van gebruik. Dat kan anders. Natuurlijk moeten en willen we mobiel zijn. Ze noemt verschillende kansen en trends:
Karin Blaauw voegt toe dat we niet radicaal kunnen handelen. We kunnen niet alle voertuigen die we nu bezitten simpelweg wegdoen en alles nieuw produceren. Dat is ook niet duurzaam. Bij elektrisch vervoer valt ook een kanttekening te maken: we moeten dan ook de koppeling met duurzame productie van energie meenemen. In Nederland kunnen we veel meer doen richting eind- en zonne-energie. Natuur & Milieu werkt, samen met groene denkers, bedrijven, overheden en ngo’s, aan duurzame mobiliteit met vier programma’s.
Sibolt Mulder (Motivaction) Sibolt Mulder is specialist op het gebied van gedragsverandering richting duurzamer gedrag. Met jarenlange ervaring bij verschillende onderzoeksbureaus heeft hij naar eigen zeggen zo ongeveer alle sectoren onderzocht op het gebied van verandering in het denken en doen. Op alle vlakken lijkt de psychologie van gedragsverandering op elkaar. Of het nu gaat om elektrisch rijden, ons voedingspatroon, energiezuiniger leven en wonen, digitaliseren, etc.. Vooralsnog is de situatie dat er vooral met de vinger wordt gewezen. Bedrijven roepen dat de consument niet wil. Maar onderzoek toont aan dat 2/3 a 3/4 van de consumenten wel wil. Er zijn bovendien al de ‘voorlopers’ die het gewenste gedrag vertonen. Daaromheen is een grote, welwillende groep, het laaghangend fruit. Dan is er de hele grote groep die er neutraal in staat. Tot slot zijn er de twijfelaars en sceptici, die toch nog andere principes hebben. Wat kunnen we doen om het gedrag van deze groepen te veranderen? We moeten er allereerst rekening mee houden dat niet iedereen hetzelfde is, wat vraagt om verschillende benaderingen. En we moeten nadenken over de manier waarop we verandering stimuleren. We kunnen beter faciliteren dan verplichten als er weinig draagvlak is. Anders zou je snel ruzie hebben met de bevolking. En we moeten rekening houden met de rol van ‘hoofd’, ‘hart’ en ‘onderbuik’ bij gedragsverandering. Want alleen ratio (hoofd) en dus weten wat het ‘juiste’ gedrag zou moeten zijn, is niet genoeg om tot de gedragsverandering te komen. Als je ook voelt (hart) dat het juist zou zijn je gedrag te veranderen, speelt nog steeds iets anders (onderbuik). Dit gaat vaak onbewust. Daarom moet de omgeving de gewenste verandering ook mogelijk maken (fysiek, organisatorisch). Hoe zorgen we nu dat duurzame mobiliteit relevant, geloofwaardig en uitvoerbaar is? Dat kunnen we doen door op de 10 drivers van gedragsverandering in te spelen.
Sibolt Mulder stelt dat de verandering naar duurzamere mobiliteit zeker niet onmogelijk is, juist omdat tweederde van de mensen zich op talloze vlakken meer milieubewust en duurzamer wil opstellen. Tien procent wil op den duur in een elektrische auto gaan rijden bijvoorbeeld. Auto delen gaat nog een stap verder. Maar een kopgroep van bijna een kwart wil z’n auto best aan de buurvrouw of buurman uitlenen. Dit is een van de meest emotionele, enge dingen en toch is er al een aardig percentage dat het zou willen doen. Om dit percentage te vergroten, moet het op de agenda staan. Vervolgens moeten we voorkomen dat mensen makkelijk terugvallen in het ‘oude’ gedrag. Zoals bijvoorbeeld bij vlees: met alle campagnes en aandacht voor het onderwerp denkt iemand: ‘ik ga het anders doen’. Vervolgens wordt hij/zij bestookt met aanbiedingen van plofvlees. Kortom: we hebben wisselende maatregelen nodig en moeten die handhaven om terugval te voorkomen. Groepsdicsussies De drie sprekers sloten hun presentatie alle drie af met een dilemma. De groep werd in drieën gesplitst zodat iedere groep zich over één dilemma kon buigen. De combinatie van aanwezigen met hele andere achtergronden zorgde voor een mooie uitwisseling van kennis en ervaringen om tot oplossingen voor de dilemma’s te komen. Dilemma Marcel Vos: Hoe gaan we in Nederland zorgen voor een versnelde verandering van de publieke opinie en zo nieuwe vormen van mobiliteit de ruimte geven? De groep kwam tot de conclusie dat het heel lastig is om burgers invloed uit te laten oefenen op de politiek. Je moet ze eerst kunnen bereiken en ze moeten je willen horen. Een aantal aspecten hebben we verkend in de keuze van mensen: beschikbaarheid, eis, markt, afhankelijkheid. Het totaalplaatje moet dus kloppen voordat het beleidsvriendelijk is. Stel ik woon in een dorp en ik heb een auto maar ik wil ook best wel de trein nemen, want dat schijnt beter te zijn. Maar hoe maak ik die keuze nu en wie kan ik vertrouwen? De groep komt met DRP, de slimme reisplanner als oplossing: een app, waarbij je een advies krijgt welke mobiliteit je het beste kunt kiezen waarbij op allerlei aspecten naar de voor- en nadelen wordt gekeken. Dus meer consumenten worden geconfronteerd met de informatie, bewustzijn wordt verhoogd, dus je hebt ook een grotere basis om erover te kunnen communiceren. Dilemma Karin Blaauw: Hoe zorgen we ervoor dat in de huidige ontwikkeling van elektrisch rijden, waar je toenemende weerstand ziet ontstaan, toch draagvlak blijft bestaan zowel in de publieke opinie als in de politiek? Deze groep kwam tot de conclusie dat er een tekort aan laadpalen is. Een van de ideeën was om het in lantaarnpalen in te kunnen pluggen, het vervuilt het landschap niet. Maar dat vraagt een enorme investering. De overheid is zich ook een beetje terug gaan trekken, dus de vraag is of er bij de politiek draagvlak is voor dat idee. Een ander idee is ‘een gratis stopcontact op het werk’. De werkgever kan dat faciliteren omdat voor hem de kosten laag zijn. Een stimuleringsregeling voor de werkgever zou het kunnen faciliteren. Dilemma Sibolt Mulder: Hoe zorg je dat goedwillende mensen het niet onmogelijk wordt gemaakt om inderdaad duurzaam gedrag uit te voeren? De start voor de discussie is de vraag welke omgeving nodig is om de welwillendheid van die tweederde van de burgers die goedwillend is, uit te voeren. De sleutel is dat mensen ook bij ev’s gaan zien dat het ze genoeg voordeel oplevert. Gebruiksgemak is wel voorwaarde voor succes. De werkelijke kosten en baten afweging moet uitkomen op dat het voordelig is. De discussie draait zich vervolgens naar of het daarna vanzelf gaat. Zoals het model van de 10 drivers van gedragsverandering laten zien, zijn er natuurlijk meer aspecten die spelen. Afsluiting De avond heeft veel informatie en kennis gebracht. Zowel naar de sprekers als naar de overige aanwezigen. Zeker is dat er een vervolg zal komen op deze bijeenkomst. Want duurzame mobiliteit ontwikkelt zich snel en er moet nog veel gebeuren. De avond werd afgesloten met een uitspraak van de twee gastsprekers, wat zij als belangrijkste punt meenamen van deze avond. Marcel Vos: tijdens onze discussie in de groep bleek dat er eigenlijk nog geen app is die de duurzaamste vervoeroptie per reis laat zien plus andere voordelen. Dat zou iets zijn wat Google wellicht kan of gaat oppakken. Karin Blaauw: mij is vooral gebleken dat veel informatie rond duurzame mobiliteit moeilijk vindbaar is en bij de verkeerde mensen terecht komt. Sibolt Mulder: juist op het beslissingsmoment moet er informatie beschikbaar zijn. Dat is hét moment om gedrag te beïnvloeden. Voor verslagen van vorige edities kunt u kijken op www.duurzaamheidsdialoog.nl. De volgende Duurzaamheids Dialoog bijwonen? Ontvang de uitnodiging automatisch en vul jouw gegevens in op onze website of join our LinkedIn group. |